“Broekmolen en andere grensgevallen”
Geschied- en heemkundige kring "Het Land van Thorn"Dinsdag
20-09-2022 19:00
Broekmolen, Grensweg 8, Stramproy.
Parkeren op aangelegde parkeerplaats ter plekke
Beschrijving
We zijn te gast bij de Broekmolen aan de Abeek, die hier de grens vormt tussen België en Nederland. In september is dit het decor van het buitentoneelstuk “Euver de grens”. Ook is er een tentoonstelling over de grens en grensoverschrijdende activiteiten zoals smokkelen. De Broekmolen begon niet als graanmolen en waarschijnlijk ook niet exact op deze locatie. Op Sint Barbaradag, 4 december 1476, gaf abdis Gertrudis van Sombreff en het kapittel in leen uit aan Jacob Clois van Stramproyde: den stroem van den Eertweege tottet Corff (Turf?) Weege, alle tot den nieuwen dyck… om er een “ volmeulen” of “slaghmoelen” op te plaatsen tegen betaling van twee malder rogge. Zoals gebruikelijk te betalen voor 30 november, St. Andreasdag.
Deze volmolen werd eeuwenlang door het lakenambacht gebruikt om het wollen weefsel te vervilten tot laken. Zeg maar het kwaliteitsfleece van de 14e eeuw en later. In 1699 brandde de molen af en werd begin 18e eeuw herbouwd. Bij het graven van de lossing omstreeks 1865 zou de oude molenas nog teruggevonden zijn. In 1868 liet de weduwe Donders-Mertens de molen vernieuwen tot zijn huidige vorm. In 1950 werden het waterrad en het sluisgebint met de maalen de lossluizen vernieuwd nadat de fundering dreigde te onderspoelen. De molen maalde toen nog met één koppel stenen. In het midden van de jaren vijftig volgde stillegging. Het woonhuis en de molen werden verlaten en de afgelegen ligging was er de oorzaak van dat de boerderijmolen in korte tijd in een ruïne veranderde.
In 1971 werd de Broekmolen verkocht aan de apotheker Vermeulen uit Mol (B.), die het aandurfde de omvangrijke restauratie met overheidssteun en veel zelfwerkzaamheid ter hand te nemen. In 1981 bouwde Vermeulen bij de molen nog een schuur welke daarvoor bij een kempische Abdijhoeve in Geel (B.) stond. Tegenwoordig is met de inzet van vrijwilligers de watermolen weer goed maalvaardig.
Nu is de grens alleen nog maar een streep maar dit is lange tijd heel anders geweest: Het landschap bepaalde de grens en de grens bepaalde het landschap. Al vroeg in de 15e eeuw waren hier op de uitgestrekte gemene gronden de onenigheden over de grens en de verdwenen grenspalen tussen de Drie Eijghen en de Vier Crispelen. Tot eind 18de eeuw was het een streek van verraderlijke moerassen, heidegebieden en beekvalleien.
Deze gebieden waren van kapitale betekenis voor het leven en overleven van de veelal arme boerenbevolking. Mensen konden hier alles vinden voor het dagelijks gebruik. Turf, sprokkel en brandhout, strooisel en hooi en weilanden voor het vee, wild en vis. Militairen meden dit gebied, en op de enkele doorgangen werden
landweren opgeworpen zoals noordoostelijker de Bocholtergraven en iets zuidelijker van de Broekmolen: de Hessengraaf.
In 1831 stelde grote Europese mogendheden een boedelscheiding voor tussen België en Nederland die een grenslijn door dit gebied trok. Pas in 1839 ging Willem I akkoord en pas op 8 augustus 1843 was er na 12 jaar op detailnivo duidelijk hoe de grens in deze omgeving exact zou lopen. Men had het klaargespeeld om de grens in deze streek tweemaal zo lang te maken…. Het landschap bepaalde mede waar de grens uiteindelijk kwam. De grens en met name de bepaling dat de waterhuishouding niet zou wijzigen bepaalde vervolgens de ontwikkeling van het landschap. In die zin redde de grens dit natuurgebied het ‘Stramprooierbroek’. In de tussentijd maakte de smokkelaars er dankbaar gebruik van.